Nijmegen

Het verplichte inburgeringsonderwijs moeten we als gewoon onderwijs behandelen. Daar hoort bij: gemengd onderwijs voor mannen en vrouwen.

De SP wil een acceptatierecht voor leerlingen op bijzondere scholen. Dit leidt tot een uitbreiding van de vrije schoolkeuze, omdat scholen voortaan alle leerlingen toe moeten laten als de grondslag van de school wordt gerespecteerd.

Nieuwe klanten van de Sociale Dienst krijgen een huisbezoek om de intake uit te voeren. De ambtenaar gedraagt zich tijdens de intake altijd als een bezoeker. Dus geen gesnuffel in kasten en slaapkamers.

Een huiszoeking waarbij de ambtenaar optreedt als rechercheur mag alleen gedaan worden als er sprake is van verdenking van fraude. Zo'n huisbezoek mag onaangekondigd plaatsvinden.

Voor een client moet altijd duidelijk zijn wat de status van het huisbezoek is.

We blijven inzetten op het opknappen van sportcomplexen. Goede voorzieningen zorgen dat meer mensen er gebruik van zullen maken.

We gaan segregatie tegen door bij het verlenen van subsidies te sturen op initiatieven die de integratie bevorderen.

Kleine sportclubs gaan we ondersteunen met verenigingsondersteuning zoals nu ook al bij grote sportclubs gebeurt.

Veelbelovende particuliere initiatieven, zoals Futsal Chabbab en de skatehal Waalhalla, kunnen op onze steun rekenen.

Samen met het beroepsonderwijs, het voortgezet onderwijs en de nieuwe bovenschoolse voorziening start de gemeente een offensief tegen schooluitval. Het doel is: geen leerling gaat zonder diploma of certificaat van school.

Taal- en ontwikkelingsachterstanden bij kinderen moeten vroegtijdig worden opgespoord door het consultatiebureau. Voor ouder en kind moeten speciale programma's komen om geconstateerde achterstand zo snel mogelijk in te lopen. Ook als pas op latere leeftijd (tot en met 12 jaar) achterstanden worden 'ontdekt' komen ouders en kind voor zo'n programma in aanmerking.

Om achterstanden te voorkomen stimuleert de gemeente dat kinderen vanaf twee jaar tenminste twee dagdelen per week naar de peuterspeelzaal gaan.

Het is niet langer de bedoeling dat kansrijke scholen alleen maar groeien en kansarme scholen leeglopen. Dan betaalt de belastingbetaler enerzijds voor de uitbreiding van een school en anderzijds voor leegstand. Als vrijheid van onderwijs betekent dat we onnodig dubbel moeten betalen, doen wij daar niet aan mee. Daarom is het nuttig dat zogenaamde schoolplafonds worden vastgesteld om ongewenste groei tegen te gaan zodat scholen kleinschalig blijven.

We handhaven het centraal inschrijfpunt met als doel dat zoveel mogelijk kinderen in de eigen wijk naar school gaan. Als op elke school gegarandeerd goed onderwijs wordt gegeven in kwalitatief goede schoolgebouwen, dan is het totaal onnodig dat kinderen hun eigen school in de buurt voorbij lopen om naar een school te gaan ver van het ouderlijk huis. Dat laatste is eveneens slecht voor een goede integratie binnen wijk en buurt.

Helaas kennen we ook in Nijmegen het fenomeen dat naar de ene school veel kansrijke kinderen gaan en naar een andere school veel kansarme. Dit noemen we segregatie. Kansarme leerlingen hebben ouders met een laag inkomen en/of een lage opleiding, de rest van de kinderen noemen we kansrijk.

Kinderen die naar een van de twaalf open wijkscholen gaan, krijgen extra aandacht middels een ruim activiteitenpakket zoals gym, sport en cultuur. Er is veel aandacht voor eventuele achterstand- en opvoedingsbegeleiding.

Er zijn in de stad steeds meer ‘sportieve scholen'. Het is wenselijk dat ook het aantal 'kunst- en cultuurscholen' groeit.